9 februari 2006
Hallo.
Daar ben ik weer. Wil je dat ik me verantwoord? Dat kan hoor:
Ik ben dus toch verkouden geworden. Daarom geen fut en zin gehad om hier aan het weblog/boek te werken. Sindsdien is de dagdagelijkse routine uit mijn systeem. Uit het oog, uit het hart, zeggen ze wel eens. En, oh ja, dit gaat in dit geval ook goed op voor mij.
Niet alleen voor mij, maar ook voor mijn vrienden uit Hulst. Ik ben inmiddels op een maand na, 1 jaar hier in de contreien aanwezig. En sinds mijn verhuis, zijn wij 1 x naar Hulst. geweest, zij 1 x hier en hebben we misschien ieder 3x gebeld. Wij zijn op de onverwachte nog eens langs gewipt in november ergens, hebben kerstkaarten via de post uitgewisseld en sindsdien is er geen contact meer geweest. Ach, ja.
Overigens heb ik dan wel sinds 18 januari niet meer op dit weblog iets geschreven. Ik ben wel bezig geweest met het boek. En 'Monstertje' lijkt toch wel een goed thema te zijn wat ik kan gebruiken. Ziekte, angst, liefde. Duistere karaktertrekken. Zoiets.
Nog eens iets.
Ik ben natuurlijk weer eens enthousiast geweest over het gemaakte begin met het boek in wording. Ik had het me nog zo voorgenomen, maar ik kon het niet voor me houden. Vol vuur uit de school geklapt tegen mijn wederhelft.
Ik had het beter niet gedaan. Die is nu bang, dat zij voorkomt in het boek, en dat ik haar zwart ga maken. Maar ik mag overal over schrijven, behalve liever niet hierover of daarover en dat eigenlijk ook niet.
Kijk als er een zo bovenop zit, zo zich gaat moeien met wat ik wel en niet mag schrijven, dan ontgaat mij de zin alweer.
Ook daarom heeft het stil gelegen.
19 maart 2007
Het is weer zover, dames en heren. Of, weer zover, weer zover. Mijn eerste slapeloze nacht in meer dan een maand tijd. Het is de schuld van de late koffie. Of van de Drambuie in de koffie. Of ben ik het toch eigenlijk zelf die op het lumineuze idee komt om die koffie te zetten, om er een likeurtje in te doen, het te drinken en vervolgens deze handelingen herhaalt?
Feit is en blijft, dat ik hier zit. Hier, in de huiskamer, om bijna kwart voor twee, met een hoofdtelefoon op te luisteren naar Sioen, "Cruisin", prachtig. Over iets meer dan vier uur loopt de wekker af. En ik zit hier achter de laptop aan de eettafel in ons nieuwe huis. Ons Stulpje, ons Paleis. Inrichting en Decoratie: Amaya, Overbodig denkwerk: Ondergetekende.
En zie, na meer dan een jaar, voeg ik een entry toe aan mijn weblog. Wie had dat verwacht?
Edoch. Volgende keer verder, dan vertel ik over het nieuwe oude leven. Hou je vast aan de takken van de bomen, just in case.
Gegroet,
19 maart 2007 (2e deel)
(…)
This is not a joke, so please stop smiling
What was I thinking when I said it didn't hurt?
(…)
I always thought that if I held you tightly
You would always love me like you did back then
I am trying to break your heart
I am trying to break your heart
But still I'd be lying if I said it wasn't easy
I am trying to break your heart
(…)
(Wilco - I am trying to break your heart)
Een van de mooiste liedjes van Wilco. Een van de mooiste liedjes überhaupt, eigenlijk.
En eigenlijk wou ik vanavond vroeg naar bed, vanwege vannacht; een goed duidelijk hernieuwd welkomst weblogje schrijven, enzovoorts, et cetera.
Edoch, de huisvriend is ons komen bezoeken.
Ergo: bovenstaande gaat niet gaan plaatsvinden, niet vandaag.
20 maart 2007
Do I move you, are you willin'
Do I groove you, is it thrillin'
Do I soothe you, tell the truth now
Do I move you, are you loose now
The answer better be (Yes, yes)
That pleases me
(...)
(Nina Simone - Do I move you?)
God weet kom ik er nog op terug. De titel van dit weblog, was een van de keuzes uit het pull down menu, dat tevoorschijn kwam. Ik vind het een mooie tekst.
Op het ogenblik, heb ik echter ietwat andersoortige muziek op de hoofdtelefoon: Wilco, gelardeerd met een scheutje Josh Rouse en een vleugje Damien Rice. Voor wie deze namen iets zeggen, de muziekfreaks onder ons misschien. Ik blijk een zeer 'aparte' smaak, wat muziek betreft, te hebben.
Apart, ja, natuurlijk. Oftewel, hoe zeg ik zo mooi mogelijk, dat ik er eigenlijk geen reet aan vind, ja toch? Of moet ik er een tekeningetje bij maken?
"Muzzle Of Bees", van Wilco, een stuk of 5 keer op herhaling (vanwege het geweldig slot), om bovenstaand stukje een beetje goed te krijgen. En nog niet tevreden. Het lijkt alsof ik geïrriteerd ben, getuige de laatste opmerking. Ik ben het niet, en toch lijkt het alsof. Apart.
Apart, dat ik eigenlijk me had voorgenomen om te gaan berichten over wat ik eergisteren beloofd had gisteren al te schrijven.
Wat is er allemaal zo al gebeurd dat het 13 maanden heeft moeten duren, vooraleer ik hier weer passeerde. Is het verblijf van langere duur, of is het daadwerkelijk niet meer dan een langskomen? En die songtekst, wat betekent die? Zit daar meer achter?
Niet weer voor een volgende keer, he?
Toch wel, toch wel.
26 maart 2007
Hartelijk maandagavond. Binnen het uur is het een van mijn favoriete programma's op tv: Memories. Voor eenieder die het weten wil. In ieder geval levert dat alweer een vastknopertje voor een volgend weblog.
Aan vastknopertjes ontbreekt het niet, evengoed. Het wordt tijd, dat ik er weer eens een paar bij de kop pak. Anders is het leed straks niet te overzien.
Eigenlijk wil ik iets anders oppakken. Vorige week heb ik het al een aantal keer geprobeerd, maar het lukte me niet om het goed onder woorden te brengen. Ik vraag me af waarom ik er eigenlijk zo moeilijk over doe, maar goed, dat gebeurt wel eens vaker bij mij.
Wat ik al een paar dagen probeer in woorden te vatten, is dat afgelopen woensdag, mijn Opa 104 zou geworden zijn. Uit de zinsopbouw zou je kunnen opmaken dat hij dood is. En dat valt moeilijk te ontkennen. Zijn graf is te vinden in Sint Jansteen.. Het ligt daar alweer meer dan twintig jaar. Je kunt het opzoeken als je goesting hebt.
En verdomd als het niet waar is, maar het valt me nog moeilijk om er over te schrijven, weet je dat? Echt, ongelogen waar.
Weet je, ik ben jarenlang tot ongeveer mijn vijftiende, trouw naar de kerk geweest. Tweewekelijks, in de basiliek van Hulst. Ik kom namelijk van oorsprong daarvandaan. Ben er alweer twee jaar weg. Maar daar ga ik nu niet over beginnen, dat is ook een vastknopertje. Tweewekelijks, in de basiliek van Hulst dus. Eens in de zoveel tijd gingen we ook naar Sint Jansteen. Naar de mis voor Oma, Rook en Tante Sos. Dat viel nooit gelijk, dat kun je op je vingers uit tellen natuurlijk, dus dat betekende dus geregeld een uitstapje naar de veel kleinere, koudere witte kerk, met de bevende pastoor. Een brave mens, die pastoor, maar zo gruwelijk saai. Nou is er niks op tegen om saai te zijn. Maar hij maakte het echt erg bont, qua saai. En daarbovenop nog eens beven ook. En dat is zeer kwalijk, dat beven. Boven op saai zijn. Voor jongetjes van rond de 13, 14. Want ik was daar niet alleen in die kleine, koude kerk. Ik zat daar dus kou te lijden in dat kerkje, samen met Pa en Ma. En mijn 3 jaar jonger broertje daar nog eens bij. Nou, was het zo, dat mijn broertje en ik ook heel braaf waren. (Vraag het maar aan ons moeder, die zal het volmondig ja-knikken, want met volle mond mag je niet praten, zoveel is nog wel blijven hangen van de opvoeding die we genoten hebben. En die zal wel 'goed' geweest zijn, anders waren wij toentertijd niet zo braaf geweest.) Maar zelfs voor zulke brave borstjes als wij waren, werd het toch somtijds ook ons wel eens wat te gortig. Oftewel hoe een bezoek aan de kerk een bezoeking werd. We konden het lang volhouden, maar op een gegeven moment veranderden wij van braaf in balorig. Balorig? Behoeft misschien enige uitleg. Die kun je krijgen. Of je nu wil of niet. En als niet dan toch.
Kijk in zo'n kerk, valt er voor jonge pubers, als wij waren, weinig te beleven. En eerlijk is eerlijk, duurde de mis daadwerkelijk 50 minuten, dan was er niks aan de hand. Eens die 50 minuten waren overschreden en het eind nog niet in zicht, dan, ja dan. was het oppassen geblazen. Want begon de een, en deed de ander mee, of kon die zich, misschien in weerwil van zichzelf, niet goed houden, dan was het om zeep. Laat ik het zo omschrijven: De kerkgangers bleken uit meer mensen, dan ons vieren te bestaan. Niet dat wij dat niet wisten, of ons er niet van bewust waren, maar, braaf en 'opgevoed' als we waren, hadden we alleen oog voor diegene, die aan het spreken was. Of dat nu de pastoor was, de evangelie lezer( later bleek zo iemand pastoraal medewerker te noemen) of het vrouwenkoortje, wanneer die mochten opdraven. We wisten wel dat er verschillende andere kerkgangers waren, maar dat waren allemaal normale mensen. Allemaal normale mensen totdat een van ons twee plots zag dat de evangelie-lezer, die niet goed ter been was, een 'sleepvoet' bleek te hebben. De oude buurvrouw met half lang wat vlassig haar, bleek 'Alida' te heten, Alida Langhaar. Van zulke dingen. Er werd al eens een por gegeven hier en een stoot daar, om besmuikt op Alida te wijzen of een andere beroemdheid. Dat was allemaal nog niet zo erg en best te doen, tot het moment dat er iemand zijn lachen niet meer kon houden. (*Tegenwoordig, anno 2022, zou ik het beschamend vinden wat wij toen deden, maar zo ging het gezin waarin ik ben geboren om met mensen die 'anders' waren. En ik deed er aan mee. Ik kan er niet meer van maken.)
Evengoed wou ik het over Opa gaan hebben, maar daar is niet veel van gekomen, merk ik wel.
27 maart 2007
Droom
Waar moet mijn jongere broer in Godesnaam een PTSS-syndroom opgedaan hebben? Volgens mijn nicht, was het op het nieuws, in de tijd dat ik achterbuiten mobiel stond te bellen en gestoord werd door mijn moeder, die ik vervolgens vlammend uitfoeterde. Mijn nicht daalde de ladder af die geparkeerd stond tegen de muur van de buren, waarvandaan zij kwam, langs het balkon. Hoe zij daar terecht kwam en wat zij bij Buurvrouw Anja en Buurman Paul deed, zal altijd wel een raadsel blijven. Waarom ik achterbuiten stond in de Versterstraat? Een even groot mysterie.
8 april 2007
Hou je vast aan de takken van de bomen, had ik je gezegd. Justin Case. Daarover zometeen meer.
Eerst een even over waar ik me de afgelopen dagen mee heb bezig gehouden.
Ik heb me voor mijn 34e verjaardag een Mediaplayer aangeschaft met een HDD van 500 GB. Die aanschaf heeft me een jaar gekost. Vorig jaar rond mijn verjaardag wilde ik ook al zo'n geval kopen voor mijn verjaardag, maar ik kon het niet over mijn hart verkrijgen, zo'n dure aankoop te doen voor mijzelf alleen. Nu dus wel. Het is wachten op de komst van de broodnodige 500 GB. Ik ben nog al een muziekfanaat, nog niet opgevallen zeker?, en omdat mijn harde schijf van de laptop een magere inhoud heeft van 40GB en hij dus al aardig begint vol te geraken (15+ GB aan alleen al MP3's) begint te tijd te nijpen om deze muziek veilig weg te schrijven op een externe schijf. Dat moet dus bovengenoemde Mediaplayer worden. Een ding dat je ook in staat stelt je MP3 over je stereo te laten spelen en daarenboven ook nog eens draadloos is, zodat je zonder snoeren je muziek op de laptop kunt spelen of bestanden kunt overzetten. Een juweeltje voor ondergetekende.
We hebben sinds kort ook een HDD-DVD-speler/recorder met Home Cinema Surround Dinges. Met de mogelijkheid om mijn mp3 op een CD-R te branden en aldus in een teug tussen de 120 en 150 mp3's ineens te kunnen laten afspelen. Daar maakte ik dus gretig gebruik van. Een prachtige, in mijn ogen natuurlijk, compilatie gemaakt van Wilco, Ryan Adams, Josh Rouse en Joan As Police Woman, die ik vol verwachting en ongeduld in de speler stopte. Wat bleek: Sorteert de DVD-speler de bestandjes op ABC-volgorde. Niets mis mee, zolang de mp3s maar goed getagd zijn. Waren ze dus niet, kun je wel al bedenken. Voor de Media Player is dat ook niet echt nodig. Die versiert zoiets zelf wel, Zodat het daarin goed staat. Ergo: AldezAldez zal zijn mp3s terug moeten taggen op een uniforme wijze. Ik heb het eens geteld. Een aantal van 5300+ bestanden verdeeld over 481 mappen. And counting. Ik ben er een ruime week mee bezig geweest, maar vandaag met de hanen uit de veren gestapt om het laatste beetje aan mapjes met bestandjes weg te werken. Wilco (4 albums) Will Johnson (2 albums), Youngblood Brassband (dito) en de diverse artiesten (met maar een gedownload liedje) en de losse nog niet getagde, vers gedownloade, bestanden (Herbie Hancock met Roy Hargrove en Michael Brecker, Freddie Hubbard en Marillion). Na 2 uur was ik er rond half negen mee klaar. Vervolgens een sigaret gaan roken en mijn eerste kop koffie. Inmiddels zijn dat er 3, respectievelijk 2. Maar dat aantal gaat dra recht worden getrokken, gezien mijn mok (met egels, uit de Intratuin, kado van Amaya) verschijnselen van leegte vertoond. So if you'd like to excuse me a moment.
Hou je vast aan de takken van de bomen, had ik je dus gevraagd. Wat wil nu het geval?
In Januari vorig jaar ben ik begonnen met deze weblog, met als insteek om er een soort van aantekenboek van te maken met dagdagelijkse overpeinzingen en avonturen en mogelijke bron van waaruit ik kan gaan putten voor een op stapel staand boek. Dat boek blijkt wel op een heel hoge stapel te staan, want echt opschieten doet het niet. Vooral niet als je bedenkt dat ik ergens 15, nu alweer gerust 16 jaar geleden tijdens een of ander etentje buitenshuis met de familie heb uitgesproken dat ik voor mijn 23e een boek uitgegeven wilde hebben. Het is helaas bij dat willen gebleven, want zelfs 11 jaar na de dead-line ligt er nog niets van mijn hand bij de boekhandel.
Tijd dus, vond ik, vorig jaar, om daar eens verandering in te brengen. Maar de belofte, loos, tot nog toe, wilde ik gaan inlossen. Opnieuw is het vooralsnog tot willen beperkt gebleven. Nu zijn we aanbeland ongeveer 15 maanden na aanvang van dit weblog. Wat ligt er in het gat tussen 9 februari 2006 en maart 2007? Een verhuizing.
Jawel een verhuizing. Een ver-huizing. Nou is het nog niet eens het woordje 'ver' dat het hem doet. Ik schat een kleine 5 kilometer. Het was vooral de het woordje huis dat het hem deed. Van klein (52 m²) appartementje naar ruime tussenwoning met vaste trap naar zolder. Kun je het je voorstellen? We zitten hier nu een maand een half en, je gelooft het vast beter dan dat ik het zeg, het is alsof we nooit anders hebben gewoond. Het is dan ook wel echt heel mooi geworden. Ik zal ik het dan maar zelf zeggen. Daarmee niet mezelf op mijn borsten willen kloppen, want daar heb ik het recht niet toe. Alle eer en lof naar de architect van het geheel (opkomst Amaya, stapt naar het midden van het podium, een spot is op haar gericht, verder zijn alle lampen uit. Ze neem met een buiging het applaus in ontvangst.) Zij heeft me er een talent voor. Ik zou het zelf niet beter hebben kunnen doen. Dat heb ik ook niet gedaan. Ik heb er part noch deel aan gehad, behalve dan het fiatteren van de voorstellen en de financiële afwikkeling van deze voorstellen, en daarnaast een schuin oogje in het zeil houden of de budgetten, die ervoor waren uitgetrokken, niet werden overschreden. Ik eigende mijzelf ook de taak toe, die bestond uit overbodig (achteraf, altijd achteraf) denkwerk. Al viel die taak mij lichter dan twee jaar geleden, toen we in dezelfde situatie zaten. Maar dan anders, natuurlijk.
Die verhuizing heeft toch nogal het een en ander te weeg gebracht. Het een vaak volgens verwachting, het ander soms pas nu ik er mijn gedachten eens over laat gaan. Ik zou er een boek over kunnen schrijven, ha ha.
Een paar dingen zijn nochtans zeker en staan als een paal boven water. Wij zijn heel veel gelukkiger, en ik heb mijn cd's weer terug. Ik kon maar een 250 cd's meenemen naar dat kot. Twee jaar lang heb ik lopen smachten naar de cd's die ik bij broertje heb gestald. In die twee jaar zijn die afwezige hoop cd's aangegroeid geworden tot haast mythische proporties. Op het laatst, dacht ik dat er zeker 10 grote dozen uit U. zouden gaan komen. Het bleken er met moeite 5 te zijn en kleiner dan gedacht. Maar het waren ze allemaal. En nu hangen er hier 440 in de woonkamer. Naast de 40 van Amaya. De andere 220 staan boven op mijn kamer.
Het effect van al deze oude nieuwe aanwinsten op de last.fm lijsten is nog niet geweldig, dat komt vanzelf wel. Maar mijn verzameling is weer verenigd, en dat doet mijn hartje goed.
15 april 2007
Andere praat. Proper is anders, maar toch. Een kant van mij, die niet zo heel veel mensen kennen:
Het evangelie volgens Adri Emilson:
God zegene je met de vijf miljoen
"Het zijn lappen," zei Van Trappen, "en, hij bedoelde die oren van jou.
Vroeger? Toen kraaiden de hanen nog, tegenwoordig doen ze niets anders dan gapen.
Vroeger kon ik er een ruitje mee in tikken, tegenwoordig kan ik er amper de ramen mee wassen.
Gooit het maar weg, ik maak wel een ander.
Hoe is het ermee? Hij hangt daar he, zonder werk.
Hoe is het ermee? Mager en taai als de bokken van Sinaai
God zei Boffie er is weer koffie.
Probeer maar, dat doet een hond ook.
Hij? Hij is nergens goed voor. Al wat die kan doen, is wit brood bruin maken.
Dat is gelijk de mussen: doppen en weg
16 april 2007
Jazz = darkness = shoes = moody = slippers = sunshine = trumpet = moment = bliss
Wat ik aan het doen ben klopt niet. Vind ik. Het is rond kwart voor acht 's avonds. De zon schijnt volop, al is hij al ruim in kracht afgenomen, vergeleken met een aantal uur geleden. De koffie is in het vooruitzicht, en ik zit aan de eettafel met muziek op de hoofdtelefoon.
Tot zover alles goed en nog niks verkeerd.
Het rare is: Jazz. Midden op de dag, eigenlijk hoort het niet. Vind ik. Jazz midden op een stralende vroege zomerse dag, al helemaal niet. Het past niet. Het is precies als met mijn blote voeten in slippers. Waarbij jazz mijn voet is en de hemel, de horizon, de wereld bij zomerzonlicht, mijn slipper. De hemel is te wijds, de horizon te breed, de wereld te ruim voor jazz. Het past niet. Niet lekker, het slokt.
Jazz en donkere avond, liefst nog nacht, helder en zwoel, of helder en fris. Dat past wel. Vind ik. Donkerte, met een maantje erbij. Het is precies als met mijn voeten in schoenen van het merk Clarks. Waarbij jazz mijn voet is en de hemel, de wereld bij nacht, die schoen. De hemel, de wereld, de nacht, intiem, knus, één met de muziek.
Het is iets over achten 's avonds, de cd E.S.P. van Miles Davis, heeft nog anderhalve track te gaan. En het heeft wel iets. Ik raak niet nerveus, geïrriteerd of chagrijnig. Het past wel, bij dit moment.
Nu mijn slippers nog.
25 april 2007
Een Schets (oftewel: dan weet je waarover, ongeveer dan toch)
Ik kom er niet meer. De betovering is verbroken, de magie is verdwenen, de drang is weg. Ik heb er geen eieren meer liggen, ik zoek het er niet meer, ik ben er niets verloren. Het was mijn hele leven, mijn alles. Nu is het een mooie herinnering. Wel, meer dan dat. Meer dan een mooie herinnering. Ik moet het zeggen, zoals het is. Niet mooier maken, dat niet, maar ook niet te kort doen.
Mooie herinneringen te over. Mooie herinneringen. Alhoewel. Mooi omdat ze van lang geleden zijn. Grappig is dat ik me eigenlijk vooral de dingen herinner, die mij wat doen blozen. Van plaatsvervangende schaamte, wel te verstaan voor mijzelf. Weet je nog op de camping? Of Tina Turner. Of ach, weet ik veel.
Hoe lang geleden zal het geweest zijn? Ik moet er al eens goed over nadenken. Afgelopen Kerst? Ja. Kerstmis 2006. Inderdaad. Vier maanden. 17 weken. 119 dagen. Een aantal jaren geleden, was dat ondenkbaar. Zolang van huis. Voorwaar een doodzonde.
Dat er ooit een dag zou komen, dat ik Hulst zou verlaten. Met geen stokken was ik er weg te slaan.
We dwalen verder af. Jij en ik. Wie ben jij? Ben jij mij nog wel? Ben jij nog wel wie ik wil zijn? Die dingen vraag je je dan af. Het is rond half zeven en er is nog niks in kaart gebracht. Weet jij veel? Ik wel. Ik weet veel. Ik weet veel van muziek. Muziekmakers bedoel ik. Niet van het spelen van een instrument en noten lezen en doen. Dat is voor mij een onbeschreven blad. Hoewel, niet helemaal. Ik heb, hoe heet zo'n ding?, klokkenspel gespeeld. Op die platte ijzeren watzijnhet(?) stonden de letters al voorgedrukt. Dat was een voordeel. Maar ik bakte er niets van. Echt. Je geloofde je oren niet. Zo slecht als dat was. Ik was er beter niet aan begonnen, want ik heb er helemaal niets meer van onthouden. Dus uiteindelijk toch onbeschreven. Of liever, uitgegumd onbeschreven. Wat een gezever. Maar ik ben toch bezig. Ik ben onder dak, van 't straat af. Et cetera. Et cetera, en nog geen bal opgeschoten.
Wat gebeuren moet, gebeurt. Wat is hier nog over? Steeds minder, moet je weten. Het is tanende. Het is tanende. En wie had dat verwacht, verdorie. Wat, eigenlijk, mij nog het meest frappeert. Het boeit me niet. Het loslaten gaat vanzelf.
Uit het oog, uit het hart. Het is een cliché van jewelste, maar met een kern van waarheid. En kernen van waarheden, daar draait het om. Je mag de hele boel bij elkaar liegen, van alles verzinnen, zolang er maar een kern in zit. Een kern! Van waarheid. Een kern van waarheid.
Wat wil jij weten? Wat wil ik kwijt. En beantwoordt datgene wat ik kwijt wil aan dat wat jij wilt weten? Dat is de prangende kwestie. De oplossing ligt hem in het voortgaan. Het voortgaan met deze min of meer monoloog. Waar het naar toe mag gaan, daar komen we vanzelf achter. Dat lost zichzelf op. We zullen het wel zien (zei de blinde)
Maar waar ging het over, eigenlijk? Het loopt allemaal zo een beetje kris kras door elkaar. Ik leg hier een lijntje, daar een lijntje. Laat ze los, om een derde, vierde en vijfde lijntje te maken. En opeens ben je zo met dat vijfde, onbeduidende, lijntje bezig, dat je de eerste twee, de belangrijkste, die waar het echt om begonnen is, bent vergeten.
Maar inmiddels heb ik mij qua lijntjes weer herpakt en ga ik verder waar ik gebleven was. En het IS frappant. Werkelijk waar. Je weet niet wat je meemaakt. Even rekenen... Na bijna 32 jaar ben ik Zeeuws-Vlaanderen ontvlucht. Uiteindelijk. Niet zomaar weggegaan, nee geVLUCHT. Wie had dat kunnen denken. Wie had dat verwacht. Als er een was, dan ik toch zeker niet. Je wil niet weten hoe verknocht ik was aan mijn leventje, mijn werk, mijn landje, mijn wereldje. Samen met poes Mingus kon ik de hele wereld aan!
Overigens ga ik nu weer een beetje de verkeerde kant op; het plan is om een boek te schrijven, of toch op zijn minst een verhaal. Het loopt echter uit de klauw. Misschien heb jij dat niet door, als lezer, maar ik wel. Dat is het belangrijkste uiteindelijk. Dat ik het maar in de gaten heb. Maar even zo goed, in de gaten of niet, van het rechte pad wordt stilletjes aan weer een beetje afgeweken.
Weet je. Wat ik aan het doen ben, aan het proberen toch alleszins, is een logisch in elkaar stekend relaas aan het opstellen over mijn overgang, mijn verandering, mijn vlucht, zo je wil, vanuit het enge kleine naar het ruimere wijde. Van klein, kneuterig Zeeuws-Vlaanderen, naar het ruimere Brabant. Van mijn enge kleine wereldje, dat bestond uit poes Mingus en mijzelf en wie verder gedoogd werd in mijn koninkrijk, naar een wereldje met het perspectief verlegd naar de wereld. Dat is uiteindelijk de bedoeling. Maar het gaat allemaal wat snel. Je weet het al. Nu zeker. Nu ik het al uit de doeken gedaan heb. De bedoeling is, of was, dat ik er langzaamaan naar toe werk. Maar van langzaamaan is er hier nog geen sprake.
Het verhaal mag gerust meer bevatten. Maar goed, zo is het nu eenmaal. Het wordt tijd bovenstaande eens te gaan herzien en er een verhaallijn en wat meerdere personen en dus dialogen er in te verwerken. Dat lijkt me wel een goed idee. Dat IS een goed idee.
Er ligt nog een boel werk voor me. Leuk Leuk Leuk!
8 mei 2007
I once was blind, but now I see
Ik moet dit even kwijt. The strangest thing happened to me. Allez, dat is mijn eigen mening. Amaya denkt daar anders over. Zij beziet het van een afstandje en heeft het direct door. Ik dus niet. Te erg voor woorden eigenlijk.
Maar goed, waar heb ik het eigenlijk over? Het is voor het eerst in mijn leven, en dan moet je daar 34 voor geworden zijn, moet je nagaan, dat ik daadwerkelijk door heb, dat er met mij gesjanst wordt. Eigenlijk is dat het goede woord niet, sjansen.
Op mijn werk krijg ik wel bijzonder veel aandacht van een vrouwelijke collega. Overal waar ik ga, staat zij binnen geen tijd ook. Het is verschrikkelijk, echt waar. Even buiten een sigaretje roken, zoek ik al bij voorbaat een andere plaats op. Loopt het me toch wel achterna zeker? Om niet goed van te worden. Te bedenken dat zij een vriend heeft. Wat heeft het dan met een andere vent aan te pappen? En zeker met mij.
Welke zonnebril zou jij nemen als je voor mij zou moeten uitkiezen. (Een van Gucci van 259 Euro). De maandag erop heeft ze, jawel, díe gekocht.
"Och, jij blijft toch nog wel even?", terwijl ze haar voet langs mijn knie strijkt. Wegwezen, zo snel mogelijk.
Ik ben daar niet van gediend. Ik voel me er niet fijn bij.
Afgelopen week legde ik het voorval voor bij mijn vriendin en bij een collega. Begonnen beide, onafhankelijk van elkaar, over seksuele intimidatie. Heb ík dat? Het moet net lukken, natuurlijk, dat dat mij weer overkomt.
Mijn vriendin vertelde mij, dat dat mij vaker overkomt. Dat vrouwen sjansen met mij. Maar dat ik het zelf nooit door heb. Ze heeft het al vaak meegemaakt. Ik ben daar altijd blind voor geweest, maar nu niet meer. Dit is de eerste keer dat ik mij ervan bewust ben. Dat is wel mooi. Dat ik het nu zelf door heb. Nu nog zover geraken, dat ik de persoon in kwestie er zelf over aanspreek.
Dat heb ik niet (gedurfd). Waarom eigenlijk niet? Want:
Een aandachttrekster dat het is, niet te mottig. En onnozele, c.q. dommige vragen stellen, daar zakt mijn broek werkelijk vanaf. Hoewel dat in deze specifieke context een gevaarlijke uitdrukking zou kunnen zijn.
Met zulke mensen heb ik weinig geduld, eerlijk waar. Ik kan overal tegen over het algemeen. Alleen (moedwillige) dommigheid, onnozelheid. Daar krijg ik het van op mijn heupen. En wat doe ik dan? Dan ga ik verhalen ophangen, die niet waar zijn. Een auditie voor de rol van Napoleon in een nieuwe musical. Volledig uit mijn duim gezogen op vrijdagmiddag uit balorigheid. ‘Het’ vroeg mij of ik op sollicitatiegesprek moest. Omdat ik er zo netjes uitzag.
Wat vraagt ze vanochtend in alle ernst? Of ik het geworden was. Daar krijg ik het dus helemaal van. Overduidelijk een zeikverhaal ophangen, dat aan alle kanten rammelt ook nog, en er dan nog mee wegkomen ook. Triest.
Niet zo netjes, wat ik nu heb gedaan? Tja...
8 mei 2007 (2e deel)
Zou je niet? Ik stond daarjuist te roken, en ik wist waar ik over ging schrijven. De pieper van de droger roept, ik naar 't zolder en weer naar beneden en fffffwt! Het is weg. Maar goed, als ik maar lang genoeg blijf zitten, komt het vanzelf wel terug. Voor de liefhebbers: Flip Kowlier - Ocharme Ik, zit in de cd-speler. Terug te vinden in de top 30 van mijn luisterlijst van de laatste twee jaar. Te vinden op Last.fm, onder de naam van mijn poes.
Het is alweer donderdag, Heere mijnen tijd. Het gaat hard, deze week. Slechts drie dagen werken, deze week. Dus al ruim over de helft, nog een dag te gaan en het is alweer weekend, voorafgaand aan weer een korte week.
Ik heb het naar mijn zin op het werk. Het was dinsdag de eerste dag die ik opnam dit jaar. Dat wil tellen qua leuk werk hebben. Wel meerekenen dat ik eens in de twee weken op maandag vrij heb. Hoewel vlak na het weekend, is het niet de meest ideale dag. In deze contreien tenminste. Zoals eigenlijk overal hier in het land, behalve in Hulst. In Hulst zijn de winkeltjes al open om 9 uur in de ochtend. En niet, zoals ook hier in de buurt, pas om één uur in de middag. Een kapper, nog zoiets. Probeer eens een kapper te vinden, die op maandag zijn deuren open heeft voor klanten. In Hulst heb je er 1: open op maandag. Ideaal. Voor als je op maandag vrij bent en niet op zaterdagen naar de kapper wilt. En in Hulst of omstreken woonachtig bent.
Ik ben dat niet meer.
Had iemand mij een jaar of vijf geleden gezegd: "Gij woont hier niet meer over een jaar of wat. Gij trekt weg naar Verwegistan", ik had hem gevraagd of hij misschien op zijn kop gevallen was.
Was bovenstaande echt gebeurd, ik had de mens excuses moeten maken. Eerlijk waar, met de staart tussen de benen.
20 maart 2005: Een belangrijke datum in het geschiedenisboekje van AldezAldez.
Maak het allemaal mee in aflevering 2, alsdan alhier te vinden.
Reactie plaatsen
Reacties