Ja, dat is ook zo iets. Familie bijeenkomsten. Hoe ouder ik word, hoe meer ik er van wil wegblijven en dat ook doe. Ik geloof niet dat ik het ooit echt leuk heb gevonden. Toen ik nog klein was, was er nog afleiding in de vorm van met de kinderen van gelijke leeftijd spelen. Als ouder kind, werd het steeds minder leuk. Het was in onze familiekringen een gewoonte om het jong volk samen te zetten aan een tafel en de ouderen aan een andere tafel. Aan de tafel van het jong volk voelde ik me al snel een beetje verloren. Aan de grote mensen tafel werd enigszins serieus gepraat, maar werd een kind van 10 niet serieus genomen, als hij eens iets te berde bracht. In plaats daarvan werd mijn opmerking weggelachen en afgedaan met ‘hoe kun jij dat nou weten?’. Dat is waar ik mij bevond, in een niemandsland tussen mij aan de ene kant verloren voelen en aan de andere kant niet voor vol aangezien. Uit zelfverdediging, ben ik in mijn schulp gekropen en daar niet meer uitgekomen.
Familie bijeenkomsten waren over het algemeen avonden die uitgezeten moesten worden, vanaf dat ik de leeftijd had, dat ik op mocht blijven.
Er was wel verschil tussen bijeenkomsten aan de ene kant van de familie of de andere kant. Aan de ene kant waren er veel oudere kinderen, die met hun bravoure en ego gedreven eerzucht de andere, jongere kinderen, tijdens spelletjes of discussies de loef af moesten steken. Dat was totaal niet mijn ding. Ik deed en doe speeltjes om het zo mooi mogelijk te doen, voor het leuke er van, niet per se om te winnen. Als ik win met mooi spelen geeft mij dat veel meer voldoening, dan rechttoe rechtaan winnen. In discussies legde ik het af, niet vanwege argumenten die niet deugden, maar omdat ik niet assertief genoeg was om ze met autoriteit te brengen. Het leeftijdsverschil van zeker 6 jaar op de jongste speelt natuurlijk ook mee.
Later toen ik al lang en breed volwassen was, had ik geen zin meer om mij er alsnog, assertief en wel, tussen te mengen. De hiërarchie, zal ik het voor het gemak even noemen was ooit bepaald en daar viel schijnbaar niet aan te tornen. Het was nou niet zo dat wij toen we volwassen werden aanschoven bij de volwassen tafel. Nee er werd nog een tafel bij gezet. Zo had je de oude garde, de kinderen en de kleinkinderen. Het onderscheid bleef dus in plaats van dat het wegviel. Dat is zo een dingetje wat ik nooit heb gesnapt. Toen ik nog jong was werd er gezegd, later als je volwassen bent dan wordt er naar je geluisterd. Maar toen ik volwassen werd qua leeftijd werd ik net zo min serieus genomen en mocht ik net zo min aansluiten bij de volwassen tafel. Dat is een van vele beloften die ouders en ouderen gedaan hebben, die ze later niet zijn nagekomen. Dat heb ik als zeer kwalijk ervaren. Waarschijnlijk hebben ze gedacht, die onthoudt dat toch niet. Daar zaten ze dus even verkeerd met hun inschatting. Ze hadden het kunnen weten, maar vergaten even dat ik een geheugen heb zoals de olifant van de Rollo reclame.
Familie bijeenkomsten, waren dus niet mijn ding. Ik heb me maar teruggetrokken en mezelf toegewijd aan het iedereen observeren. Daarvan heb ik veel geleerd. Ik heb vooral geleerd hoe ik het niet wilde of dat ik het zo niet moet doen.
Op een gegeven moment ben ik mij eens wat meer gaan focussen op de personen die als bijzonder, apart of eigenwijs werden afgeschilderd. Meestal niet in positieve zin. Juist van die mensen heb ik al observerend veel opgestoken. Vroeger observeerde ik ze alleen maar. Later ben ik met deze mensen bewust in gesprek gegaan. Daar kreeg ik dan later natuurlijk opmerkingen over. Vaak in de zin dat ik er niet te veel waarde aan moest hechten wat ze zeiden, want ze waren wel heel bijzonder in hun opvattingen.
Nu mijd ik familiebijeenkomsten liever. De aanwezigen zien in mij nog altijd die kleine jongen en spreken nog tegen mij op die manier. Ze nemen niet de ruimte en gelegenheid om te zien en ervaren wie er echt voor ze zit. Ze halen liever herinneringen op van vroeger. En daarbij heb ik als mens ook een heel andere levensvisie opgedaan dan het gros van de andere aanwezigen. Dan weten ze al gauw niet goed meer waar ze over kunnen praten. Got weet krijgen ze dan wel een antwoord waar ze helemaal niks mee kunnen. En dat is voor velen toch nog moeilijk. Een goede discussie of een uitwisseling van verschillende meningen is not done. Dan kun je beter over het weer of Parijs-Roubaix praten. Dat is tenminste veilig terrein waar geen ongewenste vragen kunnen worden gesteld.
De laatste bijeenkomst was nog niet zo lang geleden en die had ik eigenlijk willen overslaan, maar ik had te lang gewacht om me nog fatsoenlijk te excuseren. Het viel mooi tussen twee gezellige uitjes. We hadden dus genoeg gelegenheid om ons op te laden en stoom af te blazen. Normaal zou ik het nogal druk vinden, alles zo kort op elkaar, maar het kom nu goed uit.
Zoals gebruikelijk was er niemand die vroeg ‘Hoe gaat het met je?’ Dat vind ik al zoiets aparts. Ikzelf ben er op deze bijeenkomsten ook mee gestopt om dat te vragen. Ik wil in principe graag belangstelling tonen en weten hoe het met iemand gaat als ik deze al lang niet meer heb gesproken. Schijnbaar is dat ook not done, te willen weten hoe het met iemand gaat. Nu wil het geval, dat beide ouders wat ziekjes waren geweest de laatste week. Dat hadden ze niet tegen mij verteld. Officieel wist ik dus van niets, maar niet iedereen is er van op de hoogte dat ik het niet mag weten en ik wist het dus toch. In twee telefoongesprekken met moeder geen woord er over. Op deze familiebijeenkomst zou ik er dus achterkomen, was mijn verwachting. Mijn ouders zeiden er de volle 5 uur lang niks over, maar mijn broertje wist het, voor de anderen aanwezig waren, wel te vertellen. Maar wist dus ook niet, neem ik aan, dat ik het niet wist. Aldus kwam uit wat ik al vermoedde. Het ziek zijn tegen mij verzwijgen. Het alleen vertellen tegen degenen die aan hun kant staan en dus geen mogelijk moeilijke vragen gaan stellen. Een aantal jaar geleden was ik nog zo fel geweest daarover dat ik ten opzichte van andere aanwezigen er een scene over gemaakt zou hebben. Ik heb door schade en schande geleerd dat dat toch niet de meest geschikte strategie is. Om kort te gaan: In die hele 5 uur is er geen fatsoenlijk gesprek gevoerd. Behalve mijn broertje met zijn schoonmoeder die op een gegeven moment even apart gingen zitten en zichtbaar ontspannen aan het keuvelen waren. Ik heb me bezig gehouden met onze hond en de kleinkinderen, lekker gegeten en het laatste uur de wijzers van de klok te langzaam zien opschuiven.
Dat is wat familie bijeenkomsten zijn geworden in onze kringen. Gelegenheden waarin de aanwezigen opzitten en pootjes geven en beleefdheden met elkaar uitwisselen. Ik vraag me soms wel eens af of er nog meer mensen zijn in de familie die dezelfde mening als ik zijn toegedaan. Als ik dan pols dan zijn het er bitter weinig en het antwoord vaak, ja maar ja, het hoort zo, dus we laten ons gezicht maar weer even zien. Niet met de grote goesting dus, maar uit verplichting. En dan hou je maar vast aan vastgeroeste patronen van een paar vragen en antwoord over werk, kinderen en huisdieren. En ontbreekt ook de oprechte nieuwsgierigheid om te willen weten wat iemand op dit moment beweegt. Vandaar dat er dus geen warme persoonlijke belangstelling meer is.
Dat vind ik persoonlijk bijzonder jammer. Ik had mijn familie graag wat hartelijker en warmer gezien. In plaats daarvan is zien en gezien worden belangrijker. Een beetje zoals mensen vroeger naar de kerk gingen om te laten zien dat ze heel gelovig waren en zo.
Er wordt wel eens gesproken van familie van de koude en warme kant. Wat mij persoonlijk is opgevallen dat de familie van de ‘koude kant’ vaak warmer en hartelijker is, dan de familie van de warme kant, die juist kil aanvoelt.
Ik vind het eigenlijk erg om te zeggen, maar ik kan er niet meer van maken.
Reactie plaatsen
Reacties